Woningnood een fabel?
In het Noord-Hollands dagblad wordt iedere week een artikel gepubliceerd over een woningzoekende. Standaard vraag is waar volgens de geïnterviewde het knelpunt zit bij het verkrijgen van een huur of koopwoning. Dan wordt er heel vaak gezegd dat mensen die net in Nederland zijn, bedoeld worden statushouders (vluchtelingen die in Nederland mogen blijven) voorrang krijgen terwijl zij op hun beurt moeten wachten.
Is dit het knelpunt?
Eerst een paar cijfers.
In de regio Alkmaar, bestaande uit de gemeenten Alkmaar, Dijk en Waard, Bergen, Heiloo, Castricum en Uitgeest, staan momenteel circa 140.000 woningen. Daarvan valt circa 22 % in de categorie sociale huur met een maximumhuur van € 867,– per maand. Dat zijn ruim 30.000 woningen die via het SVNK worden verhuurd.
Als alleenstaande kom je in aanmerking voor een sociale huurwoning als je niet meer verdiend dan
€ 37.000,– per jaar. Voor stellen en gezinnen ligt dit bedrag hoger.
Uit regionaal onderzoek van enkele jaren geleden blijkt dat in de regio Alkmaar de behoefte aan sociale huurwoningen en goedkope koopwoningen (koopprijs tot circa € 300.000,– ) veruit het grootst is.
Het aantal sociale huurwoningen dat aan statushouders wordt toegewezen is ongeveer 10% van de 22% sociale huurwoningen, d.w.z. circa 2,2% van het totaal aantal per jaar vrijkomende woningen.
Heeft iedere gemeente evenveel sociale huurwoningen?
Nee. Zo heeft de gemeente Castricum het laagste percentage sociale huurwoningen nl 16%. Om aan het regionale gemiddelde te komen van 22% moet deze gemeente 1000 sociale huurwoningen extra bouwen bovenop het aantal sociale huurwoningen van 30% waarnaar in nieuwbouwprojecten wordt gestreefd.
Nederlanders kunnen zich op hun 18de verjaardag inschrijven voor een sociale huurwoning en bouwen dan inschrijftijd op. Statushouders kunnen zich niet inschrijven als ze in het AZC of COA hotel zitten en bouwen dus geen inschrijftijd op. Daarom krijgen ze voorrang als de vrijkomende woning geschikt is voor hun situatie. Ze zijn dan vaak al jaren in Nederland van het ene AZC of noodopvang naar het andere verhuisd en daarvoor uit hun land gevlucht voor oorlog en geweld.
De statushouders worden toegewezen aan een gemeente die de verplichting heeft ze te huisvesten. Logisch anders krijgen ze nooit een woning en ze hebben hier geen familie of vrienden die ze in huis kan nemen.
Concluderend:
Is er sprake van woningnood?
Ja, er is in onze regio veel vraag en te weinig aanbod van vooral sociale huurwoningen en goedkope koopwoningen (zowel rijwoningen als appartementen en studio’s) voor mensen met een kleine portemonnee.
Komt de schaarste door de statushouders?
Nee, dat is een fabel. Gemeenten moeten meer goedkope koopwoningen en sociale huurwoningen bouwen.
Jelle Brouwer, oud wethouder Wonen Uitgeest